Geen kattenvoer voor hondensamenleving

Alle mensen zijn hebzuchtig. Niet alle mensen hebben gelijke kwaliteiten. De misdeelde arbeider is niet moreel verheven boven de rijk bedeelde heer. Toegegeven, wel duidelijk, maar te gechargeerd, deze alinea.
Ons systeem is gebaseerd op zoveel mogelijk hebben, consumeren en op het recht der sterkste.
Heer bedenkt handel, huurt arbeider, maakt winst, betaalt zichzelf daarvan ruim en de man met de vuile handen genoeg om hem te behouden. Zo liggen de feiten.

We leven primair in een economische eenheid. Niet in een op basis van sociale idealen ingerichte leefgemeenschap. Dat is geprobeerd en mislukt (Sovjet-Unie, China) of ontspoort nog steeds (Cuba, Noord-Korea).
De arbeider, loonslaaf, hoe u hem of haar ook wilt noemen, is goed af bij een baas die goed betaalt. Daar zit geen oneindige rek in. De zaak, de handel moet winstgevend zijn en de heer, baas moet zich financieel geprikkeld weten tot het volledig inzetten van zijn extra capaciteiten om succesvol leiding te geven.
Intellectuelen denken ten onrechte dat de arbeider, loonslaaf, enz. willens en wetens tekort wordt gedaan door de bovenlaag. Dat is een moreel oordeel, terwijl er alleen een onderscheid in kwaliteiten is. Iedere arbeider zou zich, mits begaafd, uiteindelijk gedragen als directeur. Of als bevlogen intellectueel, die verdient meestal ook het veelvoudige van de groep waarvoor hij op zegt te willen komen.
Directeur en arbeider dienen ingetoomd. Beiden hebben elkaar nodig. In Nederland is dat zo slecht geregeld nog niet. Links en rechts bewerkstelligen dat we meestentijds in het juiste midden uitkomen. Morele verschillen tussen links en rechts zijn er amper.
Het land moet goed draaien, de markt goed boeren. Dan is de te verdelen koek voor de minder begaafde groot. Geef ons een flink stuk, dat verzoek kan dan gehonoreerd worden. Pas dan.
Nu slinkt de koek een beetje en moeten er maatregelen genomen worden. Die pakken op korte termijn altijd naar uit voor de arbeider, loonslaaf. Toch is het de enige manier om op termijn (en voor de volgende generaties) genoeg te verdelen te houden.
Als links bovenstaande niet inziet dan heet dat opportuun. Gebruik maken van de onvrede op korte termijn. De samenleving is een hond en links wil haar kattenvoer geven. Werkt niet.
Dat gehamer op onrechtvaardigheid, voorbijgaand aan de financiële realiteit, nog nooit leverde het links een meerderheid op. En als het morgen wél gebeurt wordt het land, maar ten lange leste ook de arbeider, loonslaaf daar niet beter van.
Moet de samenleving hond zijn? En welke aarde resteert als links en rechts ooit uitgebakkeleid zijn? Zou iemand daar ter linker zijde over na willen denken. Vertoef een jaar op de hei. Ontwikkel visie.Nu zitten we in een rechtse samenleving die, raar, hé, alleen blijft functioneren bij in de kern rechts beleid. Die verkiezingen morgen zijn make-up. Nog geen woord gehoord over de diepere, onderliggende problemen, de werkelijke crises.

Dit bericht is geplaatst in Columns, Columns Leidsch Dagblad. Bookmark de permalink.